Alleen maar clubjes voor ouderen
organiseren is te kort door de bocht

4 juli 2019

    Ingrid Kroon koppelt praktijkervaringen rond eenzaamheid aan beleid

‘Alleen maar clubjes voor ouderen organiseren is te kort door de bocht’

Eenzaamheid wordt in onze maatschappij een steeds groter probleem, merkt ook Ingrid Kroon. Zij doet als specialist ouderengeneeskunde bij Florence consulten bij ouderen thuis. Daarnaast bouwt ze buiten de muren van Florence aan netwerken in de zorg voor kwetsbare ouderen en staat ze in nauw contact met het ministerie van VWS. Het contact met patiënten brengt haar tot beleidsinzichten. ‘We hebben de zorg kapot georganiseerd, we moeten terug naar de eenvoud, naar een financiering zonder al die verschillende potjes.’

De mate waarin eenzaamheid een probleem vormt, is individueel bepaald, benadrukt Kroon. Tijdens haar huisbezoeken komt ze mensen tegen die iedere dag drie uur bezoek hebben en zich toch eenzaam voelen. Anderen zijn vergroeid met hun rolstoel, krijgen nooit bezoek en voelen zich niet eenzaam. Die zeggen bijvoorbeeld: ik luister elke dag naar muziek, ik verveel me geen moment. Kroon: ‘Wanneer of waardoor voel je je eenzaam? Soms heeft iemand een partner verloren, soms zit een fysieke beperking in de weg waardoor meedoen met de maatschappij moeilijk wordt. Ik benader de hulpvraag holistisch, probeer het hele plaatje in kaart te brengen. Het hele spectrum van lichamelijk, psychisch, sociaal en maatschappelijk functioneren bepaalt hoe je er als mens bijzit. Alleen maar clubjes voor ouderen organiseren om de eenzaamheid te bestrijden, is te kort door de bocht.’

Maatschappij verandert
De eenzaamheid in ons land neemt ook toe omdat de maatschappij verandert. Kerken en verenigingen spelen een minder grote rol, we zijn druk met onze eigen zaken, zien minder om naar elkaar. In grote steden speelt dit sterker dan in kleine dorpsgemeenschappen. Kroon: ‘Als in Den Haag in een portiek zes deuren uitkomen, kennen de mensen achter deze deuren elkaar vaak niet meer. Mensen worden minder dan vroeger gedragen door een groep, de verbanden zijn minder stevig. Eenzaamheid ligt dan al snel op de loer.’

Geluksfilter
Natuurlijk hebben we tegenwoordig gemakkelijk contact via internet en social media, maar soms roept dit gek genoeg juist eenzaamheid op. Kroon: ‘Het is leuk als je als oudere via een familieapp een foto toegestuurd krijgt van je kleinkind in Thailand, maar dit vervangt niet het échte gesprek. Een gesprek waarin je tot elkaar komt, waarin je je zorgen kunt uiten, emoties kunt delen, een gesprek met diepgang dat tot echte verbinding leidt. Nog afgezien van het feit dat veel ouderen net als veel laaggeletterden onvoldoende digitale vaardigheden hebben. Bovendien lijken al die social-mediaberichten door een soort geluksfilter te zijn gehaald, waardoor de hele wereld gelukkiger en succesvoller oogt dan jij. Ook dit kan een gevoel van eenzaamheid oproepen.’

Bron van klachten
Maar waar ligt de oplossing dan? Het begint er volgens Kroon mee dat huisartsen en andere zorgverleners oog hebben voor eenzaamheid als bron van klachten. ‘Een relatief kleine klacht kan groot of hardnekkig worden gepresenteerd. Bijvoorbeeld een pijnklacht. Een pilletje tegen de pijn helpt dan niet, de patiënt zal zich opnieuw melden op het spreekuur. Als een levensgezel wegvalt, kun je een latent aanwezige pijn ook meer voelen. Een probleem dat daarvoor nauwelijks een probleem was, kan nu wel een hinderlijke sta-in-de-weg zijn. Als eenzaamheid wordt gemist, kunnen mensen bijvoorbeeld een depressie ontwikkelen, waardoor ze in een vicieuze cirkel belanden. Het is daarom belangrijk dat de zorgverleners rond de eenzame oudere goed samenwerken.’

Kleinschalig organiseren
Ingrid Kroon ziet in de praktijk voorbeelden te over waar zorgverleners langs elkaar heen werken. Dan heeft een praktijkondersteuner van de huisarts bij iemand thuis de zorg- en ondersteuningsbehoefte geheel in kaart gebracht en dan komt zes weken later iemand van de gemeente dit in het kader van een WMO-indicering nog eens dunnetjes overdoen. Intussen blijft de hulp uit. ‘Het is goed geriatrische netwerken op te zetten, maar ik weet ook hoe lastig dit is. Alleen al in Den Haag en omgeving zijn 600 huisartsen en 250 praktijkhouders. In een plaats als Velp zijn tien huisartsen, één fysiotherapiepraktijk, één diëtist en één specialist ouderengeneeskunde, en die zitten dan ook nog eens in één gebouw. Dat maakt samenwerken toch gemakkelijker. Ik geloof in kleinschalig organiseren van de zorg, ook op stedelijk niveau. Terug naar de eenvoud. Terug naar kleinschalige netwerken waarin zorgverleners elkaar kennen. En terug naar een ‘potjesloze’ financiering, zodat de hulp die de eenzame mens nodig heeft niet smoort in een woud van regels.’

Dit interview is op verzoek van Van Der Hoef & Partners / D!scura uitgewerkt door Ben Tekstschrijver, tekstschrijver gespecialiseerd in de zorg

Vacatures

MEER OVER DEZE VACATURE >>

Opinie

Wat doet de DSM-5 met
de psychiater en de psychiatrie?

De DSM-5 is niet onschuldig. Het beïnvloedt de ontwikkeling van het vak van psychiater en dus van de psychiatrie als discipline. Ook in deze derde podcast botsen de standpunten van psychiater Floortje Scheepers en psychiater Ralph Kupka. ... Meer

Reageer |  reacties

Podcast 3. Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar?

Onze derde podcast "Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar" is te beluisteren op "Psychiater op de cast" op Spotify.In deze aflevering komen Floortje Scheepers en Ralph Kupka wederom met elkaar in botsing over hun standpunten, maar ze zijn het erover eens dat het lijden van patiënten en de bijbehorende processen centraal moeten staan. ... Meer

Reageer |  reacties

Podcast 2. Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?

Onze tweede aflevering, "Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?", is nu beschikbaar op op Spotify: "Psychiater op de cast".In deze boeiende aflevering onderzoeken Floortje Scheepers, Ralph Kupka en Tessa van den Ende, onder leiding van Wouter Van Ewijk, de impact van de DSM-5 op de patiëntenzorg. ... Meer

Reageer |  reacties