Gedurende mijn studie geneeskunde wist ik zeker dat ik psychiater wilde worden. Ik was al begonnen pijp te roken en in gesprekken oefende ik met enige regelmaat hm, hm te zeggen. Dat was om mijn gezelschap aan te moedigen toch vooral door te gaan met praten. Het stond allemaal in het boek dat ik voor mijn studie moest lezen. Naast de hm, hm methode leerde ik dat ik in gesprekken als arts altijd met de rug naar het raam moest gaan zitten. Zo viel het licht op het gelaat van de patient en mijn eigen gezicht was dan moeilijk te zien.
Dat was allemaal erg professioneel in de tijd. Het hm, hm geluid was om empathie te tonen. Ik leerde het woord in die tijd pas kennen. Een mooi woord. Ik houd er nog steeds van. Empathie: aanvoelen wat er in de ander omgaat. Ik wist toen nog niet dat vrouwen daar veel beter in zijn dan mannen en ik wist evenmin hoe je jezelf kon bekwamen in het empathisch gedrag. Mensen zonder empathie weten niet eens dat ze het missen. Toch schijnt empathie aan te leren te zijn. Empathische mensen hebben een onverzadigbare neiging om met andere mensen te praten. Ze zijn erg nieuwsgierig. Ze hebben de neiging om clichés op hun correctheid te toetsen. Ze proberen zich in het leven van anderen te verplaatsen. Ze luisteren goed en zijn open over zichzelf. Ze zijn in staat anderen te inspireren en ze hebben een enorme verbeeldingskracht.
Voor het gemak heb ik zelf altijd maar gedacht dat ik het wel een beetje heb en dat het onmisbaar voor artsen is. Tot mijn verbazing kwam ik onlangs echter een review tegen waaruit blijkt dat de medische opleiding mensen juist minder empathisch maakt en dat het er gedurende de carrière van een arts niet beter op wordt. Er werden 18 onderzoeken die behoorlijk waren uitgevoerd en waarbij in ieder geval meer dan 30 proefpersonen betrokken waren beoordeeld. Elf van die onderzoeken gingen over medisch studenten en zeven over dokters in opleiding. Met name de onderzoeken die de onderzochten gedurende langere tijd volgden lieten een trend zien waarbij toenemend professionaliteit gepaard gaat met steeds minder empathie.
Misschien is empathie helemaal niet van belang voor de professionele arts. Hij is er misschien wel helemaal niet om zijn patiënten goed te begrijpen, maar om een diagnose te stellen. Zo snel mogelijk probeert hij de criteria te vinden op basis waarvan een werkhypothese omgezet kan worden in een diagnose. Ben je iemand aan het uitvragen over de mogelijke verschijnselen van adhd van haar kind en ze begint over een periode van stress in het gezin door de scheiding, dan kap je het liefst het gesprek af met een gerichte vraag: “En kan Dirk-Jan zich op school wel goed concentreren?” Abram de Swaan spreekt over het spreekuur als examen. Door de steeds terugkerende manier van vragen gaat de patiënt op den duur zelf ook op een bepaalde manier over de klachten praten en wordt het eigen verhaal steeds meer weggelaten. Als dat zo is zal bij de al maar groeiende aantallen lijstjes diagnosen de mens steeds meer verdwijnen en de handigheid om een label te vinden steeds belangrijker worden.
Kun je als arts toch iets aan empathie hebben? In een onderzoek naar patiënten die met pijn bij een goed luisterende arts kwamen bleek dat de pijn verdwijnt. Het was geen obscuur onderzoek waar we tegenwoordig zo vaak over horen, maar een MFI scan van de hersenen terwijl pijn werd toegediend. In de anterior insula, het deel van de hersenen waar mensen zich pijn gewaar worden, was bij de patiënt met een goed luisterend arts minder activiteit te zien.
Wel of niet empathie? Als patiënten steeds mondiger worden – wij artsen hebben er soms een ander woord voor: ontevredener – dan is het belangrijk dat ze zich begrepen willen voelen. Een geneeskunde die zich in zichzelf en zijn definitiespelletjes keert dient de mens niet meer. Zo word je slechts een dokter House die de puzzel van de juiste diagnose oplost. Ik geloof nog steeds dat in ieder geval de professionele psychiatrie bijzonder gezegend is met een flinke dosis empathie. De angst voor de emoties van andere mensen – de hm, hm en het licht in je rug – waren toentertijd de redenen dat ik geen psychiatrie ben gaan studeren. Niet omdat de psychiatrie zich zo slecht onderscheidde van de andere disciplines, maar omdat ik er het meest in teleurgesteld was.
Stuur deze pagina door >>
Opinie
Wat doet de DSM-5 met
de psychiater en de psychiatrie?
De DSM-5 is niet onschuldig. Het beïnvloedt de ontwikkeling van het vak van psychiater en dus van de psychiatrie als discipline. Ook in deze derde podcast botsen de standpunten van psychiater Floortje Scheepers en psychiater Ralph Kupka. ... Meer
Podcast 3. Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar?
Onze derde podcast "Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar" is te beluisteren op "Psychiater op de cast" op Spotify.In deze aflevering komen Floortje Scheepers en Ralph Kupka wederom met elkaar in botsing over hun standpunten, maar ze zijn het erover eens dat het lijden van patiënten en de bijbehorende processen centraal moeten staan. ... Meer
Podcast 2. Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?
Onze tweede aflevering, "Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?", is nu beschikbaar op op Spotify: "Psychiater op de cast".In deze boeiende aflevering onderzoeken Floortje Scheepers, Ralph Kupka en Tessa van den Ende, onder leiding van Wouter Van Ewijk, de impact van de DSM-5 op de patiëntenzorg. ... Meer
Let op: de Anti-spam code is slechts 15 minuten geldig.
Tip: als u een reactie met veel woorden heeft, typ deze dan eerst in Word en plak hem vervolgens in het Reactieveld hieronder.