Als gevolg van de marktwerking in de geestelijke gezondheidszorg (ggz) waarin nieuwe cliëntengroepen werden aangeboord, in samenhang met vermindering van het taboe dat voorheen rustte op hulpvragen voor psychische aandoeningen en geholpen door het gemak waarmee de laatste twee generaties hun psychische kwetsbaarheden al delen met hun ouders, verdrievoudigde de hulpvraag in de ggz. Deze toename van de vraag bestaat zonder dat psychische stoornissen aantoonbaar meer voorkomen. Overheid, beleidsmakers en zorgverzekeraars hebben met het oog op de kosten gereageerd met controle, transparantie en de daarbij behorende verstikkende bureaucratisering.
Eind 2015 nog leek onze ggz op een bijna dood vogeltje; uitgeput, nat en gekortwiekt schuilend voor de regen en storm en niet meer in staat om te zingen. De studiedagen in deze sector die het afgelopen jaar werden gehouden, gingen vooral over de eigen organisatie, elke inhoudelijke creativiteit en vernieuwing leek uit deze noodlijdende instellingen te zijn verdwenen. De ggz kwam vooral in het nieuws met schandalen over declaratiegedrag en de enorme toename van pillenslikkende cliënten als gevolg van de medicalisering van de psychische zorg.
Goede ggz
Dit tijdperk lijkt nu ten einde. De professionals nemen het heft weer zelf in handen. Komende tijd zijn er drie landelijke symposia: een over ‘Professionele autonomie in de ggz’, een onder de titel ‘Hart voor de ggz’ en als klap op de vuurpijl een grootscheeps opgezette studiedag op 17 maart in de Jaarbeurs onder de titel ‘Goede GGZ’, ‘herstel van de menselijke maat’. Voor deze laatste tekent de Universiteit van Maastricht en Mondriaan zorggroep. Tegelijk met dit symposium is een vuistdik boek over hetzelfde thema gepubliceerd. De voorbereiding hiervoor heeft zich over meerdere jaren uitgestrekt en nu worden de resultaten van deze inspanningen breed gedeeld.
Revolutie in de ggz
Alle drie de initiatieven wijzen in de dezelfde revolutionaire richting: er moet snel een einde komen aan hoe de ggz nu zowel inhoudelijk als wat betreft de organisatie is vormgegeven. De dagen van de managers in de grote instelling en de ondernemers die in het kader van de marktwerking de zorg zijn binnengeslopen, zijn geteld. Het beleid van de overheid en zorgverzekeraars heeft gefaald en kan worden opgeruimd. De professionals krijgen zelf weer de lead en schakelen drempelloze eCommunity’s, online platforms, webwinkels voor zorg, ervaringsdeskundigen, lotgenotencontacten in, met een sterke gerichtheid op zelfmanagement en eigen regie. Het klassieke een-op-een contact tussen professional en cliënt verdwijnt niet helemaal maar komt achteraan in de rij. De DSM, bijbel voor classificatie die inmiddels als cultuurproduct gemeengoed is geworden, kan voor al deze professionals die naar vernieuwing streven op de schroothoop. De meer dan 300 DSM-etiketten die allemaal vertrouwen op de hersenen als uiteindelijke oorzaak van al deze aandoeningen, hebben afgedaan.
De neurowetenschappen hebben de psychiatrie en klinische psychologie niet verder kunnen helpen en het vertrouwen hierin is opgezegd door veel psychiaters en klinisch psychologen. Het aantal syndromen wordt beperkt zoals die met stemming (bv. depressie) te maken hebben, met angst, met psychose en met lichamelijke klachten. De hulpvraag van de cliënt komt na 40 jaar weer in het centrum van de aandacht en de interventies worden afgestemd op persoon-omgeving interacties in plaats van op geïsoleerde symptomen. De talloze behandelprotocollen en richtlijnen gemaakt door onderzoekspsychologen op basis van de magere DSM etiketten en verkocht als ‘evidence based’ en ‘transparant’ aan managers van zorginstelling, hebben in deze vernieuwingsbeweging geen lang leven meer. De inspanningen van de professionals om tot vernieuwing te komen sluiten aan bij de herziene definitie van wat gezondheid is door de Gezondheidsraad uit 2009: het vermogen zich aan te passen en zelf de regie te voeren, gegeven psychische, lichamelijke en sociale uitdagingen. De professional is vanuit dit perspectief geen autoriteit meer die als technicus met een protocol een symptoom behandelt, maar iemand die de cliënt helpt de regie over zijn eigen klachten en sociale omgeving te herwinnen. Voorop bij deze hulp staan de laagdrempelige mogelijkheden van het internet en de ict-technologie gecombineerd met inschakeling van ervaringsdeskundigen en lotgenoten.
De schrijvers van het boek ‘Goede GGZ’ steken hun nek uit en dat verdient navolging. Er ligt nog wel veel terrein braak: het lijkt me noodzakelijk nog meer fundamenteel te beginnen en vanuit de psychologie helder te analyseren wanneer we van een stoornis kunnen spreken. En dus ook wat normaliteit in dit opzicht is en waar verzekerde zorg begint. Het boek ademt nog vooral de ervaring van de Maastrichtse groep met de psychose en deze ernstige aandoening wordt als een paradigma gebruikt voor veel mildere neurotische stoornissen en dat kan beter. De generalistische basis GGZ krijgt nog te weinig aandacht en het model huisarts samen met POHGGZ in stand laten, zoals de auteurs voorstellen, lijkt me geen goed idee. Beter lijkt het me aan de poort ervoor te zorgen dat er een echte goed opgeleide klinisch psycholoog meekijkt en werkt zodat er verderop kan worden bespaard. Dit laat onverlet dat de ggz, met alle nieuwe initiatieven om de professional weer zelf aan het woord te krijgen, is gediend. Dat er veel gaat veranderen met al deze initiatieven lijkt gegarandeerd. Hier wil geen werker in de GGZ buiten blijven.
Prof. Dr. Jan Derksen is klinisch psycholoog en vaste schrijver voor Discura.
Stuur deze pagina door >>
Opinie
Wat doet de DSM-5 met
de psychiater en de psychiatrie?
De DSM-5 is niet onschuldig. Het beïnvloedt de ontwikkeling van het vak van psychiater en dus van de psychiatrie als discipline. Ook in deze derde podcast botsen de standpunten van psychiater Floortje Scheepers en psychiater Ralph Kupka. ... Meer
Podcast 3. Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar?
Onze derde podcast "Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar" is te beluisteren op "Psychiater op de cast" op Spotify.In deze aflevering komen Floortje Scheepers en Ralph Kupka wederom met elkaar in botsing over hun standpunten, maar ze zijn het erover eens dat het lijden van patiënten en de bijbehorende processen centraal moeten staan. ... Meer
Podcast 2. Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?
Onze tweede aflevering, "Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?", is nu beschikbaar op op Spotify: "Psychiater op de cast".In deze boeiende aflevering onderzoeken Floortje Scheepers, Ralph Kupka en Tessa van den Ende, onder leiding van Wouter Van Ewijk, de impact van de DSM-5 op de patiëntenzorg. ... Meer
Let op: de Anti-spam code is slechts 15 minuten geldig.
Tip: als u een reactie met veel woorden heeft, typ deze dan eerst in Word en plak hem vervolgens in het Reactieveld hieronder.