In 1967 had in Singapore een ernstige epidemie van Koro plaats. Het hield met name huis onder mannen van middelbare leeftijd met een Chinese achtergrond. Voor het geval u niet bekend bent met deze aandoening, die vooral in Maleisië en Zuid China voor komt, geef ik maar even een korte beschrijving. Iemand met Koro vreest het krimpen van de geslachtsdelen en is bang dat de genitaliën zich geheel in het lichaam zullen terugtrekken. Het gaat gepaard met paniekaanvallen. Omdat wetenschappers orde zochten in de chaos van syndromen hebben ze er een naam in hun eigen taal aan gegeven (Genitaal Retractiesyndroom) en gebruiken daar dan weer de afkorting voor (GRS). Alsof GRS duidelijker is dan Koro. De epidemie in Singapore nam weer net zo geheimzinnig af als hij was opgekomen. Gelukkig maar. Je zou niet meer durven slapen uit vrees dat je de volgende ochtend niets meer in je onderbroek terug vindt. Door het lokale karakter van Koro beschouwt men het als een cultuurgebonden syndroom, zoals ook Susto, Latah en Piblotoq van die cultuurgebonden syndromen zijn.
In 1983 was ik een paar keer aanwezig bij een Tovil in Sri Lanka omdat ik daar mijn proefschriftonderzoek deed naar de in vloed van modernisering op traditionele geneessystemen. In het gebied waar ik werkte probeerde ik zo goed mogelijk alle zorgmogelijkheden in kaart te brengen en te beschrijven wie naar welke genezer gaat, onder welke omstandigheden, met welke verwachtingen en hoe de behandeling van de geconsulteerde genezer aansloot op de culturele kaders van hun patiënten. Zo´n Tovil werd bijgewoond door alle bewoners van het dorp. De sessie die een dag en een nacht duurde kwam neer op een publieke en theatrale verbeelding van de klacht en alles wat daarmee te maken had. In eigen taal, met eigen symbolen, eigen interpretaties wordt uiting gegeven aan wat iemand dwars zit. Door er woorden aan te verbinden slagen de patiënten erin hun problemen te herinterpreteren (van nieuwe woorden te voorzien) en zo zijn ze vaak weer voor een jaar of tien van hun klachten af.
Nancy Waxler onderzocht de traditionele aanpak van psychiatrische aandoeningen in Sri Lanka en vergeleek die met de moderne aanpak. Daarbij worden de klachten van mensen geïndividualiseerd waardoor ze uit de context gehaald worden van de wereld waarin ze zich manifesteren. De klachten worden benoemd in termen die niet aansluiten bij lokale begrippenkaders, waardoor nog meer vervreemding optreedt. En als de behandeling niets oplevert culmineert dat zelfs in opname in een psychiatrisch ziekenhuis, waarmee de isolatie uit de eigen gemeenschap volledig is geworden. Misschien is een groepstherapiesessie waarbij termen gebruikt worden die de mensen kennen en die passen bij hun verwachtingen daarom wel te verkiezen.
De Amerikaanse psychiater Arthur Kleinman die onderzoek deed naar depressie bij Chinese patiënten in Taiwan kwam met een aansprekende term om de eigen manier van het uitdrukking geven aan de geestelijke problemen van een naam te voorzien: Idioms of distress.
Ik heb een antropologische achtergrond, geen psychiatrische. Daarom hou ik me niet bezig met de nog al filosofische vraag of het alleen maar om een andere naam voor een zelfde biologische conditie gaat of dat het echt iets anders is. Woorden zijn dragers van betekenis, vormen daarom mee aan de ervaringen van mensen en daarom is Koro misschien iets dat in Zuid China gezien wordt en adhd op scholen in Westerse landen.
Waar het wel om gaat? Hoe we zo arrogant hebben kunnen zijn om te geloven dat we één taal voor iedereen op de hele wereld kunnen gebruiken? Hoe kunnen we zo stom zijn ervan uit te gaan dat mensen die niet in Noord Amerika of Europa wonen een cultuur hebben en wij, de door de verlichting aangeraakte rationale moderne wereldbewoners, de wetenschap hebben? Het samenstellen van de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders lijkt mij het voorlopig hoogtepunt van deze kolonisering van de geest. Ik waardeer de professionele ijver om zo hard te werken aan ons gereedschap en om alles te categoriseren, maar vanuit de medische antropologie gezien is de DSM (en het nummer is onbelangrijk) net zoiets als de dikke boeken die de Ayurvedische artsen eeuwen geleden maakten – de Sushruta en de Samhita – waarin alle aandoeningen werden opgesomd, waaronder bijvoorbeeld de 21 aandoeningen van het mannelijk zaad. Soms verlang ik naar wat meer antropologische competenties en wat minder boekhoudkundige, wat meer proberen te begrijpen van de verwarring waarmee mensen zitten en hun ´idiom of distress´ en wat minder pogingen om degene die onze deur binnenkomt een plaats te geven in onze vlinderverzameling.
Stuur deze pagina door >>
Opinie
Wat doet de DSM-5 met
de psychiater en de psychiatrie?
De DSM-5 is niet onschuldig. Het beïnvloedt de ontwikkeling van het vak van psychiater en dus van de psychiatrie als discipline. Ook in deze derde podcast botsen de standpunten van psychiater Floortje Scheepers en psychiater Ralph Kupka. ... Meer
Podcast 3. Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar?
Onze derde podcast "Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar" is te beluisteren op "Psychiater op de cast" op Spotify.In deze aflevering komen Floortje Scheepers en Ralph Kupka wederom met elkaar in botsing over hun standpunten, maar ze zijn het erover eens dat het lijden van patiënten en de bijbehorende processen centraal moeten staan. ... Meer
Podcast 2. Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?
Onze tweede aflevering, "Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?", is nu beschikbaar op op Spotify: "Psychiater op de cast".In deze boeiende aflevering onderzoeken Floortje Scheepers, Ralph Kupka en Tessa van den Ende, onder leiding van Wouter Van Ewijk, de impact van de DSM-5 op de patiëntenzorg. ... Meer
Let op: de Anti-spam code is slechts 15 minuten geldig.
Tip: als u een reactie met veel woorden heeft, typ deze dan eerst in Word en plak hem vervolgens in het Reactieveld hieronder.