Pleidooi voor Parlementaire
enquête over verzuipen van kleine
GGZ-aanbieders

9 mei 2019

Drs. Frits Bosch
Drs. Frits Bosch

Kleinschaligheid, diversiteit en professionele ruimte en expertise zijn de afgelopen decennia helaas niet geassocieerd met goede en goedkope zorg. En zo worden veel kleinere partijen eruit geconcurreerd terwijl ze juist wel betere en goedkopere zorg leveren. Dat is een groot schandaal en daarom moet er een enquête komen.

In 2008 werd na veel onderzoek eerstelijns psychologische hulp opgenomen in het basis-pakket zodat iedere Nederlander gebruik kan maken van het landelijk dekkend netwerk van vrijgevestigde psychologen. Omdat door de ‘marktwerking’ sinds 2006 ook andere partijen dit aanbod mochten bieden gingen grote GGZ-instellingen op een industriële manier hun kortdurende GGZ ‘uitrollen’.

De GGZ-instellingen denken daarmee te voldoen aan wensen van Den Haag en verzekeraars om de zorg zo goedkoop, gestandaardiseerd, geprotocolleerd mogelijk te maken. De opvatting en bewijzen dat kwaliteit tegen een lage prijs juist door kleinschaligheid, expertise, diversiteit en professionele ruimte tot stand komt is daarna stelselmatig de kop ingedrukt.

Nadat Minister Schippers in 2011 verregaande bezuinigingen in de GGZ aankondigde wees de Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen samen met een aantal andere organisaties haar in een brief er op dat vrijgevestigde eerstelijnspsychologen 30% van de GGZ-patiënten behandelden voor 3 procent van de kosten; en dat 90% van deze patiënten binnen een maximum van twaalf zittingen naar tevredenheid werd geholpen. Kortom: alle reden om de psychologische hulp in de eerste lijn uit te breiden. Dat gebeurde weliswaar maar door de verkeerde partij met de verkeerde bedoelingen.

Het eerstelijns-aanbod van de grote GGZ-instellingen was onpersoonlijker en hun medewerkers hadden minder ervaring met het behandelen van de diverse psychische problemen die zich in de eerste lijn aandienen. Gevolg was dat de psychologische hulp verschraalde, geen goede diagnoses werden gesteld en steeds meer mensen met psychische problemen op wachtlijsten geplaatst werden.

De grote GGZ-monopolisten hebben in deze ontwikkeling geen enkel tegenspel gekregen van de overheid en adviesorganen. Integendeel, ze zijn altijd voorgetrokken. In deze periode waren de beroepsverenigingen van psychologen en psychotherapeuten niet erg welkom aan de poldertafels van het Ministerie van vws, ggz-instellingen en zorgverzekeraars.

Het Ministerie van VWS had een heilig geloof in de marktwerking en zag niet dat het grootschalig inzetten van goedkopere krachten nu juist leidde tot langere wachttijden, meer mensen met psychische labels, selectie van cliënten en bureaucratie. Hoeveel geld is daar niet mee verspild? En hoeveel intrinsieke motivatie van goede eerstelijns)psychologen? Hoeveel patiënten hadden met veel betere eerstelijnszorg ook veel eerder en goedkoper geholpen kunnen worden? Er is zoveel geld verspild door die zogenaamde efficiencyslag, die in feite alleen maar grote monopolisten als GGZ-Parnassia en Arkin in het zadel hielp en hield. Begrijpen het Ministerie, zorgverzekeraars en toezichthouders als NZa nou echt niet dat commerciële GGZ-aanbieders de eerste lijn als melkkoe zien: snel en makkelijk geld verdienen door veel 'makkelijke gevallen' en de patiënten die zich daar niet voor lenen doorverwijzen binnen eigen organisatie met als gevolg dat de wachttijden alleen maar langer worden?

We zitten in de zorg om te dienen, niet om te verdienen,' stelde vicepremier en minister van Volksgezondheid Hugo de Jonge onlangs terecht. Maar wie moeten zich aangesproken voelen? Degenen die IN de zorg hun geld verdienen of AAN de zorg?'

Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Zoek in een parlementaire enquête eens goed uit hoeveel geld er verspild is met het begunstigen van GGZ-monopolisten. En wend nu zo snel mogelijk de koers: kleinschaligheid, hulp dichtbij, demedicalisering, deskundige en inventieve eerste lijn met professionele ruimte, dat is de toekomst!

Drs. Frits Bosch, is voorzitter van GGZ-opmaat.
Op vrijdag 22 februari 2019 is zijn boek ‘Help de psycholoog verzuipt!’ verschenen.

 

Vacatures

MEER OVER DEZE VACATURE >>

Opinie

Wat doet de DSM-5 met
de psychiater en de psychiatrie?

De DSM-5 is niet onschuldig. Het beïnvloedt de ontwikkeling van het vak van psychiater en dus van de psychiatrie als discipline. Ook in deze derde podcast botsen de standpunten van psychiater Floortje Scheepers en psychiater Ralph Kupka. ... Meer

Reageer |  reacties

Podcast 3. Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar?

Onze derde podcast "Wat betekent de DSM-5 voor de behandelaar" is te beluisteren op "Psychiater op de cast" op Spotify.In deze aflevering komen Floortje Scheepers en Ralph Kupka wederom met elkaar in botsing over hun standpunten, maar ze zijn het erover eens dat het lijden van patiënten en de bijbehorende processen centraal moeten staan. ... Meer

Reageer |  reacties

Podcast 2. Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?

Onze tweede aflevering, "Wat betekent de DSM-5 voor de patiënt?", is nu beschikbaar op op Spotify: "Psychiater op de cast".In deze boeiende aflevering onderzoeken Floortje Scheepers, Ralph Kupka en Tessa van den Ende, onder leiding van Wouter Van Ewijk, de impact van de DSM-5 op de patiëntenzorg. ... Meer

Reageer |  reacties